De term ‘babyboete’ was voor mij als moeder van twee volwassen kinderen tot voor kort onbekend maar is heel herkenbaar en treffend. De babyboete geeft de economische kloof aan tussen de inkomens van heterostellen zodra ze een kind krijgen, die doorwerkt tot in het pensioen. In de meeste gevallen treft deze ‘boete’ de vrouw. Haar inkomen daalt veel meer dan dat van mannen doordat het aantal gewerkte uren sterk afneemt. Dit terwijl 9 van de 10 mannen hetzelfde aantal uren blijft werken. Zo’n jaar na de geboorte van hun kind verdienen moeders in Nederland gemiddeld ruim 40% minder dan vaders. En dat niet alleen: door beperkte beschikbaarheid op het werk en de keuze voor werk dichter bij huis vanwege de opvang van de kinderen zijn ook de carrièrekansen minder groot. Daarmee is de babyboete in Nederland een van de hoogste van Europa (Bron CPB).
De belangrijkste oorzaak is de ongelijke verdeling tussen werk en zorg binnen het gezin. Recent heeft de overheid hier stappen in gezet door extra ouderschapsverlof in te voeren: naast het bestaande ouderschapsverlof nog 9 extra weken voor elke ouder tot het kind 1 jaar is met behoud van 70% salaris. Zo krijgen ouders tijd om samen bewust keuzes te maken in de verdeling van werk en zorg voor de kinderen en daarmee traditionele patronen te doorbreken.
Als werkgever kun je een grote rol spelen bij een ‘eerlijke’ verdeling’, zeker nu de arbeidsmarkt krap is:
- Ga als werkgever samen met je HR-adviseur én een groep jonge ouders om tafel zitten en probeer de praktische problemen die ouders ervaren boven water te krijgen. Wissel suggesties uit en doe daar iets mee.
- Is er ruimte om interne kinderopvang te organiseren, goedkoper dan de reguliere kinderopvang en dichter bij het werk? Dat maakt je een aantrekkelijke werkgever.
- Probeer in gesprek met de jonge ouders tot een ‘eerlijke balans’ te komen. Dat vraagt ook om een manier van omdenken. Voorkom het bevestigen van ingesleten patronen en dito tradities: vraag dus niet alleen aan de (aanstaande) moeder hoe ze (na de zwangerschap) werk en zorg gaat combineren maar vraag het béíde ouders. En heb het niet over een ‘papadag’ als je ook niet spreekt van een ‘mamadag’.
Dát het anders kan, blijkt uit onderzoek bij niet-heterostellen waar het inkomen van één van de ouders weliswaar tijdelijk daalt na de geboorte van het eerste kind maar lang niet zo veel en na vijf jaar het verschil bijna minimaal is.
Het loont de moeite voor HR en directies om zich te verdiepen in deze materie en het niet alleen te zien als ‘een probleem van de ouders’.
Kijk op de website van kijkopkennis.nl om verder te lezen.
Door: Roos Bloemberg